Home

Financieel meerjarenperspectief

4.2 Uitgangspunten programmabegroting 2022

In deze perspectiefnota presenteren we ook de uitgangspunten voor de begroting 2022 en meerjarenraming 2023 t/m 2025. Het gaat daarbij om de grondslagen voor de ramingen bestaand beleid, zoals de (omslag)rente, loon- en prijscompensatie en de inflatiecorrectie voor belastingen, heffingen en tarieven en huren.

Looncompensatie
De looncompensatie wordt gebaseerd op het Centraal Economisch Plan 2021 (CEP2021) van het Centraal Planbureau (CPB). Voor de loonontwikkeling gaan we uit van de index ‘prijs overheidsconsumptie, beloning werknemers’.

Looncompensatie

2022

2023

2024

2025

prijs overheidsconsumptie, beloning werknemers

1,2%

2,0%

1,8%

2,1%

Bron: Centraal economisch plan 2021, CPB

Prijscompensatie
De prijscompensatie baseren we op de index ‘prijs overheidsconsumptie, netto materieel (imoc, %)’.

Prijscompensatie

2022

2023

2024

2025

prijs overheidsconsumptie (imoc, %)

1,4%

1,5%

1,5%

1,5%

Bron: Centraal economisch plan 2021, CPB

Belasting, heffingen en tarieven
Voor de indexatie van de belastingen, heffingen en tarieven gebruiken we een combinatie van 2/3 looncompensatie en 1/3 prijscompensatie.

Belastingen, heffingen en tarieven

2022

2023

2024

2025

2/3 looncompensatie + 1/3 prijscompensatie

1,3%

1,8%

1,7%

1,9%

Circulaire gemeentefonds
De meicirculaire 2021 van het gemeentefonds vormt de basis voor de programmabegroting 2022-2025.

Opslagpercentage overhead
Sinds de programmabegroting 2017 wordt een opslagpercentage overhead gebruikt van 50 procent over de directe salarislasten.

Deze pagina is gebouwd op 06/07/2021 14:01:37 met de export van 06/07/2021 13:52:38